Een initiatieke Orde

De vrijmetselarij is een initiatieke orde. De term “initiatie’ verwijst naar een eeuwenoud universeel gebruik waar talrijke studies aan werden gewijd maar wat ons hier te ver zou leiden. Aan één van de voornaamste doelstellingen van de vrijmetselarij mogen wij echter niet voorbijgaan en dus moeten we wat dieper ingaan op wat de vrijmetselarij met initiatie tracht te verwezenlijken. “Initiëren”, “Inwijden” heeft natuurlijk verschillende betekenissen, die trouwens complementair zijn. Het betekent in de eerste plaats “op de weg zetten”, naar een nieuw vertrek leiden. Initium novae vitae, “het begin van een nieuw leven”. Elders hebben we al gezien dat de maçonnieke initiatie niet zozeer een overdracht van kennis is. Het gaat er eerder om, diegene die in de orde wordt opgenomen, aan te zetten tot zelfarbeid. De initiatieke ritus van de vrijmetselarij, zoals trouwens die van talrijke traditionele culturen waar de maçonnieke een variante van is, stelt zich tot doel de ingewijde “in zichzelf te doen sterven” om zo een nieuw leven te beginnen. Op deze wijze zet de ritus de kandidaat ertoe aan om zich te bevrijden van psychologische, ideologische of andere belemmeringen. Zo kan de weg naar de spirituele verwezenlijking worden opengesteld.

Het is uiteraard een spiritualistische daad om via ritualen en symbolen de latente kracht in de mens op te wekken. Vanuit dit standpunt betekent initiëren de mens tot een spiritueel avontuur toegang verlenen, hem ertoe aanzetten om zijn innerlijke krachten te ontdekken en te gebruiken, via de lange weg van de arbeid aan zichzelf die met de hulp van een maçonnieke ritus voor het eerst wordt betreden. Het ligt voor de hand dat de geïnitieerde een lange weg af te leggen heeft : voor de vrijmetselaar is het duidelijk dat de initiatieke ritus geen tovermiddel is en dat, niettegenstaande zijn symbolische en psychische rijkdom, de mens die hem ondergaat er niet op staande voet nieuwe krachten en eigenschappen door verkrijgt. De initiatie overbrugt een mensenleven. Rituaal en symboliek blijven de geïnitieerde inspireren zolang hij zichzelf wenst te overtreffen. Ritualen verbinden de gemeenschap die ze uitvoert maar bovenal stimuleren ze in elk individu een dergelijke affectieve drang dat de krachten van het onderbewustzijn vrijkomen.

Anderzijds speelt ook de symboliek een belangrijke rol in het initiatieke proces : de maçonnieke symboliek is veelzijdig (de bouwsymboliek ontstaan uit de traditie van de operatieve vrijmetselaren, de symboliek van de verlossing, van het zoeken naar het sacrale, van de ethische vooruitgang) maar is niet als leerstof bedoeld doch eerder als een aansporing tot meditatie, tot het formuleren van een persoonlijke interpretatie van de symbolen. Toch is de symboliek niet willekeurig en ook niet chaotisch. Het langzame ontcijferingproces leert de vrijmetselaar de mens en de wereld ontdekken zoals hij zelf is. De weg naar het Licht, de bouw aan de Tempel : ondefinieerbare begrippen die echter alle in dezelfde richting leiden en waaraan de vrijmetselaar – in de beslotenheid van zijn meditatie – de betekenis zal geven die zijn diepste binnenste het dichtst benadert. De maçonnieke symboliek nodigt uit om de mens die men in zich draagt op te bouwen eerder dan hem te negeren, de weg naar het Licht te bewandelen eerder dan in het niets te stappen, en steeds als scheppend, eerlijk en volhardend ambachtsman te handelen. Deze symboliek zegt gewoon, en daar ligt de spirituele optie die hij biedt, dat het Licht IS en dat de mens geen grotere inspanning moet leveren dan er naartoe te gaan langs de initiatieke weg. Hieruit blijkt duidelijk dat de initiatieke vrijmetselarij, met dergelijk verheven doel voor ogen, onmogelijk culturele, politieke of sociale doelstellingen kan nastreven.

Voor vele van onze tijdgenoten, die omwille van de tijdsgeest en de eisen die het beroepsleven stellen meer gericht zijn op precisie en rendement, zal een dergelijk doel waarschijnlijk als verouderd, nutteloos en zelfs als onbegrijpelijk overkomen. Nochtans – en dit kan door talrijke vrijmetselaars bevestigd worden die hoegenaamd geen dromers, mystici of naïevelingen zijn – biedt – de spirituele vrijmetselarij aan de ingewijden meer dan ze hadden durven dromen. Eerder dan ze van de werkelijkheid af te snijden heeft ze hen geholpen er beter het hoofd aan te bieden, met een heldere blik, een vrijere geest en zich beter bewust van hun zijnstoestand en hun innerlijke krachten.

 

 

 


A.L. Acacia, nr 14 – O. Kortrijk