Tweemaandelijkse kroniek
De taal van de vrijmetselaar (2)
Met deze rubriek willen we aantonen dat vrijmetselaars zich niet verstoppen achter woorden.
Wat verstaat men onder de uitdrukking ‘In Forma’?
Bij de vrijmetselarij betekent het dat men zich kleedt volgens de voorschriften om deel te nemen aan de maçonnieke arbeid.
Vooreerst is er het zwarte of donkergrijze pak, het is vaak een ‘smoking’. Daarbij hoort een zwarte vlinderstrik of een zwarte- of maçonnieke das (met bijvoorbeeld de kleuren en symbolen van de vrijmetselarij zoals de passer en winkelhaak). Bij het ‘In Forma’ horen ook zwarte sokken en zwarte schoenen. In deze kledij zijn de broeders enigszins uniform. Het past in de sfeer van broederlijkheid. Tegelijk bedwingen ze de neiging voor vestimentaire fantasietjes.
Tijdens de zitting dragen de broeder ook nog de ‘decors’. Het zijn : een voorschoot, witte handschoenen en de juweel van hun loge.
De voorschoot symboliseert de arbeid. Op de oude werven en ook nu nog dragen bouwvakkers en smeden dit kledingstuk. Het was vaak in leder en diende om de werklieden te beschermen. Bij de vrijmetselaars – die symbolisch werken aan de wederopbouw van de tempel van Salomon – verwijst deze voorschoot naar die metselaarsarbeid. Hierbij moeten we bedenken dat die tempel het symbool is van de vrijmetselaar zelf, en dat de arbeid de bouw en heropbouw van een betere ‘zichzelf’ symboliseert.
De witte handschoenen zijn een symbool voor helderheid die de vrijmetselaar moet betrachten in zijn gedachten en handelingen,
Hetgeen men het ‘juweel van de loge’ noemt is meestal een medaille aan een lint. De medaille toont de symbolische elementen die zijn eigen loge vertegenwoordigen.
Het lint is vervaardigd in de kleuren van de loge.
Sommige broeders dragen ook nog een ‘kraag’. Het is een breed lint in de kleuren van de loge die rond de hals gedragen wordt en tot voor de borst komt. Deze kraag wordt gedragen door de broeders die een functie in de loge vervullen, dat kan men zien, want onderaan die kraag bengelt er dan een ander juweel waarvan de vorm die functie symboliseert. De achtbare meester bijvoorbeeld draagt een winkelhaak en de secretaris twee gekruiste schrijfveren enzovoort..
Tot slot
Het doel van de vrijmetselarij is het creëren van een sfeer die nodig is voor de beschouwing.
Bij veel loges voorzien de rituelen en tradities erin dat er een gedachte wordt meegegeven aan de broeders, deze gedacht wordt door elk van hen bijgehouden tot bij de volgende bijeenkomst.
Wij doen hetzelfde bij elke bijeenkomst
Ziehier de gedachte
‘Het belangrijkste is het kijken, niet hetgeen bekeken wordt’
(André Gide)
Erès, Meester vrijmetselaar